De inflatie, het cijfer dat aangeeft hoeveel duurder het leven wordt, is in januari opgelopen tot 7,6 procent. Dat is het hoogste cijfer sinds 1983.
Het inflatiecijfer blijft maar oplopen. In de afgelopen maand januari was het leven 7,6 procent duurder dan in januari vorig jaar. Dat is het hoogste cijfer sinds 1983, toen de inflatie 7,9 procent bedroeg.
De hoge inflatie heeft vooral te maken met de dure energie. Elektriciteit is nu 70,8 procent duurder dan een jaar geleden, aardgas is 153,7 procent duurder. De prijs van stookolie is, afgevlakt over 12 maanden, met 47,1 procent gestegen in één jaar tijd. En motorbrandstoffen zoals diesel en benzine kosten 25,4 procent meer dan een jaar geleden.
Toch zijn het niet alleen de hoge energieprijzen die het leven fors duurder maken. Dat blijkt uit de kerninflatie, da's het inflatiecijfer dat geen rekening houdt met de energieprijzen en onbewerkte voeding. De kerninflatie is de voorbije maanden alsmaar gestegen, nu tot 2,98 procent. Een pak meer dan de 2 procent inflatie waar de Europese Centrale Bank naar streeft.
Dat wijst er op dat het leven in het algemeen duurder wordt, dus niet alleen door energie. De prijs van brood en granen bijvoorbeeld steeg deze maand gemiddeld met 4,5 procent. Ziekteverzekeringen stegen deze maand gemiddeld 6,6 procent in prijs. Alcoholvrije dranken werden gemiddeld 4,4% duurder. Dat komt onder meer omdat bedrijven de dure grondstoffenprijzen en de dure energie beginnen door te rekenen aan hun eindklanten, hetzij andere bedrijven hetzij consumenten.
0 件のコメント:
コメントを投稿