Zo’n 500.000 liter stookolie is er jaarlijks nodig om het koninklijk paleis van Brussel te verwarmen. De Regie der Gebouwen zal de dertig jaar oude stookolieketels vervangen.
Immense gebouwen, grote zalen, hoge plafonds en nog veel enkel glas. Een half miljoen liter stookolie wordt er ieder jaar gestookt om het koninklijk paleis van Brussel, met een oppervlakte van 33.401 m2, te verwarmen. Dat kost niet alleen een klein fortuin – zo’n 340.000 euro tegen de huidige prijzen – het is bovendien erg belastend voor het milieu. Daarom wordt er nu aan een goedkopere en vooral milieuvriendelijkere oplossing gewerkt.
‘Een eerste studie is dit najaar van start gegaan om de verwarmings- en verluchtingsinstallaties aan te passen. Er zijn plannen en schema’s opgemaakt om de bestaande situatie in kaart te brengen. In 2020 beginnen we met het vervangen van de ondergrondse leidingen, dan volgen de distributieleidingen en de verwarmingsinstallatie zelf’, zegt Tine Deckers van de Regie der Gebouwen.
‘Verschillende pistes werden al overwogen: overschakelen van stookolie op gas, de plaatsing van condensatieketels of zelfs een warmtekrachtkoppelingseenheid’, zegt Laurent Vrijdaghs, administrateur-generaal van de Regie, die het dossier van dichtbij opvolgt.
De werken zullen in verschillende fases gebeuren, zodat de koning op geen enkel moment in de kou zal moeten zitten.
De zware investering moet op termijn lonen. Want welke oplossing het ook wordt, ze zal alleszins leiden tot een beter rendement, minder verbruik én ook minder CO2-uitstoot dan de vier stookolieketels van dertig jaar oud die het paleis nu verwarmen.
Ook kasteel van Laken
De Regie der Gebouwen heeft nog een tweede groot project lopen. Ze wil het kasteel van Laken in de toekomst verwarmen met de restwarmte van de verbrandingsoven van Neder-over-Heembeek, die via leidingen tot in het kasteel wordt gebracht. Nu wordt jaarlijks zo’n 750.000 liter stookolie gebruikt om het kasteel van Laken en de bijbehorende serres te verwarmen. Kostprijs: ruim 500.000 euro.
Door het gebruik van de restwarmte van de verbrandingsoven zou ongeveer 80 procent minder stookolie kunnen worden gebruikt. Op een koude winterdag zal er sowieso toch nog wat bijverwarmd moeten worden.
Read Again https://www.standaard.be/cnt/dmf20191102_04696971
0 件のコメント:
コメントを投稿