De Hoge Gezondheidsraad buigt zich over enkele voorstellen om het vaccinatietempo op te drijven. Er zijn goede argumenten om iets langer te wachten met het geven van tweede dosissen en om AstraZeneca ook bij 55-plussers te gebruiken. De echte gamechanger, iedereen slechts één spuit geven, ligt gevoeliger.
Ook de gemaakte strategische keuzes hebben een vertragend effect. Een deel van de vaccins wordt in de koelkast opzijgehouden om mensen tijdig een tweede prik te kunnen geven. AstraZeneca wordt voorlopig niet aan 55-plussers gegeven, waardoor het langer duurt om alle kwetsbare personen in te enten. En ons land houdt vast aan de tweede prik voor iedereen, terwijl bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk dat niet doet en daardoor sneller kan gaan.
Op vraag van federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (sp.a) onderzoekt de Hoge Gezondheidsraad of die regels moeten worden bijgesteld om snelheid te winnen. Dinsdag moet dat advies klaar zijn, woensdag bepalen de ministers die bevoegd zijn voor volksgezondheid of bijsturingen nodig zijn.
1. Tot 42 dagen voor tweede prik Pfizer-BioNTech?
Tot nu volgt de overheid de bijsluiters van de farmabedrijven tot op de letter. Bij het meest gebruikte vaccin, dat van Pfizer-BioNTech, wordt de tweede dosis exact 21 dagen na het eerste spuitje gezet. Om die prik tijdig te kunnen geven, wordt een deel van de ontvangen vaccins in de koelkast opzijgelegd. Als Pfizer tijdelijk minder voorraad levert, kan de tweede dosis op die manier toch worden verzekerd.
België is Europese middenmoter
Ongeveer een half miljoen Belgen, zo'n 4,3 procent van de bevolking, heeft al een eerste inenting gekregen met een coronavaccin. Meer dan 300.000 Belgen, 2,7 procent van de bevolking, heeft al twee prikjes gekregen. Daarmee is ons land een Europese middenmoter als het op vaccinatiesnelheid aankomt. Ter vergelijking: in Denemarken kreeg al 8,8 procent van de bevolking zijn eerste prik, 4 procent de tweede. De hekkensluiters zijn Bulgarije en Litouwen, waar ongeveer 3 procent van de bevolking een eerste dosis kreeg.
Sterker nog, de bescherming kan zelfs hoger liggen door wat langer te wachten, stelt viroloog Steven Van Gucht. ‘Als de eerste spuit is gezet, heeft het lichaam tijd nodig om immuniteit op te bouwen. Als je de tweede prik te snel geeft, krijg je geen bijkomend effect. Daarom moet je minstens 21 dagen wachten. Als je iets langer wacht, is het mogelijk dat je bescherming nog iets beter wordt.'
Om die reden lijkt het waarschijnlijk dat de Hoge Gezondheidsraad het licht op groen zet om langer te wachten met de tweede prik van Pfizer-BioNTech. Omdat de aangehouden voorraad van ongeveer 100.000 vaccins dan kan worden ingespoten, kan worden versneld. Dat is een tijdelijke versnelling, want zodra die stock is opgebruikt, moeten we weer gaan vaccineren in het tempo van de leveringen.
2. AstraZeneca ook voor 55-plussers?
Het vaccin van AstraZeneca-Ofxord wordt in ons land voorlopig alleen ingespoten bij wie jonger is dan 56 jaar. Tijdens de klinische proeven werd het vaccin onvoldoende vaak toegediend aan wie ouder is, waardoor er geen waterdicht bewijs is dat het middel werkt bij wie ouder is. Toch zette het Europees geneesmiddelenbureau EMA wegens de ervaringen met andere vaccins en omdat is aangetoond dat het middel veilig is het licht op groen voor het gebruik bij alle leeftijdsgroepen. Net zoals verschillende Europese landen blijft ons land echter voorzichtiger.
AstraZeneca gebruiken bij 55-plussers zou een gamechanger zijn. Dan kunnen we een echte reset doen van onze vaccinatiecampagne.
Intussen zegt de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) dat AstraZeneca perfect kan worden gebruikt bij ouderen. Uit een Schotse studie, die nog aan een peer review moet worden onderworpen, blijkt bovendien dat het vaccin een maand na toediening het risico op een ziekenhuisopname met 94 procent doet dalen. Bij 80-plussers, bij wie vaccinaties doorgaans minder effectief zijn, daalt de kans op een opname met 81 procent. Het heeft er alle schijn van dat het middel ook ouderen goed beschermt.
De verwachting is dan ook dat de Hoge Gezondheidsraad toestemming zal geven om AstraZeneca te gebruiken bij ouderen. ‘Dat zou een gamechanger zijn, want dan kunnen we een echte reset doen van onze vaccinatiecampagne’, zei Vandenbroucke zondag in 'De zevende dag'. Als AstraZeneca ook bij 65-plussers mag worden gebruikt, kan die groep sneller worden ingeënt. Omdat vooral ouderen met covid in het ziekenhuis worden opgenomen, kan de campagne sneller een impact hebben op het aantal opnames en kan mogelijk sneller worden versoepeld.
3. Voorlopig alleen een eerste prik geven?
Om fors te versnellen gaan hier en daar gaan stemmen op om het Britse voorbeeld te volgen. Meer dan een kwart van de Britse bevolking is al ingeënt. Er wordt ingezet op het zo snel mogelijk vaccineren van zo veel mogelijk mensen. Daarom wordt het tweede spuitje uitgesteld. De achterliggende idee is dat de eerste prik het aantal ziekenhuisopnames al sterk doet dalen, waardoor de tweede inenting voorlopig niet nodig is.
‘Op de korte termijn is dat misschien een goede strategie, maar ik betwijfel of het op de lange termijn verstandig is’, zegt Van Gucht. ‘De tweede prik verbetert de afweer van de gevaccineerde echt en is daarom nodig. Als je te lang met de tweede dosis wacht, vrees ik dat mensen na verloop van tijd toch weer minder goed beschermd zijn en sommigen in het ziekenhuis belanden. Zeker als de varianten in het spel komen, waartegen de vaccins iets minder effectief blijken.’
Op de korte termijn is slechts één prik geven misschien een goede strategie, maar ik betwijfel of het op de lange termijn verstandig is.
Bovendien is Van Gucht beducht voor een impact op de motivatie om in een latere fase alsnog een tweede spuitje te krijgen. ‘Als je tegen mensen zegt dat ze enkele maanden moeten wachten op hun tweede dosis, zijn ze tegen dan misschien niet meer geïnteresseerd. Ze kunnen dan denken dat corona geen probleem meer is. Je blijft dan zitten met een bevolking die minder goed beschermd is.'
In politieke kringen is te horen dat ons land allicht past voor een éénprikstrategie. Bij gebrek aan duidelijke wetenschappelijke data zal de Hoge Gezondheidsraad die aanpak waarschijnlijk afraden. ‘Het is daar allicht nog wat vroeg voor’, stelde ook Vandenbroucke. Zeker omdat in een volgende fase van de campagne de ouderen aan bod komen, die de extra bescherming het meest nodig hebben. De éénprikstrategie kan achter de hand worden gehouden voor als het jongere deel van de bevolking aan de beurt is.
0 件のコメント:
コメントを投稿