De Vlaamse regering gaat de berekening van de sociale huurprijzen aanpassen. Concreet zullen huurders die vroeger via een sociaal verhuurkantoor een woning huurden, iets minder gaan betalen. Dat zal gecompenseerd worden door de groep huurders die vroeger via een sociale huisvestingsmaatschappij een woning huurden. Voor hen zal de huurprijs licht stijgen.
Sinds 1 juli van dit jaar is er een grote fusie gebeurd van alle sociale verhuurkantoren en sociale woningmaatschappijen in Vlaanderen. Een sociaal verhuurkantoor huurt zelf woningen op de private markt en verhuurt die dan aan sociale huurders. Die krijgen een huursubsidie. De prijs die het verhuurkantoor betaalt aan de private eigenaar, minus de subsidie die de huurder krijgt, is dan de netto huurprijs voor de huurder.
Een sociale huisvestingsmaatschappij daarentegen koopt of bouwt zelf woningen en verhuurt die dan aan sociale huurders. De prijs van zo'n sociale woning wordt onder andere berekend op basis van het loon van de huurder.
Door de fusie is het aantal sociale woningmaatschappijen en sociale verhuurkantoren wel verminderd, maar het verschil in huurprijs tussen beide is gebleven. Vlaams minister van Wonen en Begroting voor N-VA Matthias Diependaele wil nu dat verschil verkleinen.
De huursubsidie die huurders krijgen die via een sociaal verhuurkantoor een woning huurden, zal worden opgetrokken. Dat zal ervoor zorgen dat zo'n 13.000 sociale huurders 50 à 60 euro minder zullen moeten betalen per maand, naargelang de locatie van de woning. In grootsteden zoals Antwerpen en Gent zal de daling het grootst zijn, omdat de prijzen daar nu ook het hoogst liggen.
Om die prijsdaling te bekostigen, kijkt de minister naar de 150.000 huurders die via een sociale huisvestingsmaatschappij een woning huurden. Zij zullen 2 procent meer huur betalen, gemiddeld komt dat neer op zo'n 6 euro per maand. Voor wie minder verdient, zal dat minder zijn, omdat wie een lager inkomen heeft ook een lagere huurprijs betaalt. Voor de laagste inkomens zal de stijging zo'n 3,5 euro bedragen.
Volgens Diependaele is het logisch om een bijdrage te vragen van de grotere groep sociale huurders die via sociale huisvestingsmaatschappijen huren, omdat bij de groep die een woning huurt via een sociaal verhuurkantoor relatief meer mensen zitten met de allerlaagste inkomens.
"De belangrijkste doelstelling is om de mensen die de grootste armoedeproblematiek hebben het meest te helpen", zegt Diependaele. "Die zijn met weinig, met 13.000. En doordat de anderen met 150.000 zijn, kunnen we dat op een budgetneutrale manier doen, zonder die grote groep een veel hoger huurbedrag te vragen. De gemiddelde huurprijs voor sociale woningen ligt vandaag rond de 334 euro, dat zal inderdaad stijgen naar zo'n 340 euro. Maar dat blijft een bijzonder laag huurbedrag. Op die manier kunnen we voor 13.000 mensen een heel groot verschil maken, zonder dat dat voor de anderen een groot probleem zal zijn."
De nieuwe prijsberekening gaat in op 1 januari 2024.
0 件のコメント:
コメントを投稿