De Belg is een Bourgondiër, en nu hebben we ook de cijfers om dat te bewijzen. Van elke 100 euro die we in 2018 uitgaven, ging 5,70 euro naar een cafébezoek of restaurant. Aan die baksteen in de maag – nog zo’n cliché – gaven we het meest: 24,30 euro.
Een glaasje op café, nadien op restaurant en waarom niet nog een nachtje op hotel? De Belg doet het graag. In 2018 ging opgeteld maar liefst 6,5 procent van ons huishoudelijk budget op aan hotels, restaurants en cafébezoeken. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat. We geven er meer aan uit dan de jaren voordien, maar blijven wel in de middenmoot van Europa. Ierland is koploper, daar wordt maar liefst 14,4 procent van het budget aan horeca uitgegeven. Roemenen, Polen en Litouwers spenderen dan weer het minst aan horecabezoekjes.
Wat ook niet hoeft te verbazen: het leeuwendeel van ons budget gaat naar onze woning. Belgische gezinnen spenderen een kwart van hun huishoudbudget aan hun huis en de bijhorende nutsvoorzieningen. Ook voeding, vervoer, kledij en bankzaken zijn een grote uitgavenpost.
Een opvallend lage uitgavenpost is dan weer onderwijs. Amper 40 eurocent van de 100 euro vloeit naar kennis, met dank aan de relatief lage inschrijvingskosten voor scholen. Daarmee staan we samen met Finland en Zweden in de top drie van landen waar gezinnen zelf het minst aan onderwijs uitgeven. Op Cyprus gaat 3 procent van het budget naar onderwijs.
Read Again https://news.google.com/__i/rss/rd/articles/CBMiMWh0dHBzOi8vd3d3LnN0YW5kYWFyZC5iZS9jbnQvZG1mMjAyMDAxMDdfMDQ3OTU5NTTSAQA?oc=5
0 件のコメント:
コメントを投稿