De Europese Centrale Bank vermindert haar stimulus voor de economie, maar topvrouw Christine Lagarde beklemtoont dat pas in december wordt beslist of de geldkraan nog meer wordt dichtgedraaid. Van tapering, een continue vermindering van de obligatieaankopen, wil ze niet spreken. Toch is dit een eerste stap naar een normalisering van het monetair beleid.
De Europese economie zal de komende maanden minder steun krijgen van de ECB, omdat de inflatievooruitzichten zijn gestegen en de economische activiteit sterker groeit dan verwacht.
Wat heeft de ECB beslist?
De ECB kondigt een 'gematigd lager tempo' van obligatieaankopen aan. Ze kocht sinds april met haar pandemieprogramma (PEPP) voor zowat 80 miljard euro schuldpapier per maand. Die aankopen moesten de langetermijnrente laag houden en de economie voldoende zuurstof geven. 'We verwachten dat de ECB tot eind dit jaar voor 60 tot 70 miljard euro obligaties per maand zal kopen', zegt Carsten Brzeski, hoofd macro-economie van ING.
De ECB heeft het jongste anderhalf jaar via het PEPP-programma 1.342 miljard euro in de economie gepompt. Dat bedrag is een belangrijk onderdeel van de veel grotere totale stimulus sinds de start van de pandemie. De ECB kocht sinds maart vorig jaar voor ruim 1.700 miljard euro obligaties via twee aankoopprogramma's en verhoogde de ultragoedkope leningen aan de banken met zowat 1.600 miljard.
Daardoor steeg haar balanstotaal naar ongeveer 8.200 miljard euro (zie grafiek). De beslissing wat minder obligaties aan te kopen zal ertoe leiden dat de balans de komende maanden wat trager groeit.
Waarom vermindert de ECB haar obligatieaankopen?
De mededeling verwijst naar de gunstige financieringsvoorwaarden en de inflatievooruitzichten. De jongste maanden is de langetermijnrente gedaald. Bedrijven, gezinnen en overheden kunnen daarom tegen zeer lage rentes geld blijven lenen. De ECB is ervan overtuigd dat de rente ook met wat minder obligatieaankopen laag blijft.
Bovendien heeft de ECB haar inflatieprognoses verhoogd. Ze verwacht nu 2,2 procent inflatie in 2021, 1,7 procent in 2022 en 1,5 procent in 2023. 'De stijging van de inflatie is grotendeels tijdelijk', zei ECB-voorzitster Christine Lagarde op een persconferentie. 'De inflatie op de middellange termijn blijft lager dan onze doelstelling van 2 procent.'
Maar Lagarde liet doorschemeren dat de ECB wat meer op haar hoede is voor inflatierisico's. 'Als de bottlenecks aan de aanbodzijde langer duren en doorsijpelen in hoger dan verwachte loonstijgingen kan de prijsdruk hardnekkiger zijn.' Brzeski vindt dat de ECB 'eindelijk' de inflatie op een 'realistische manier' beoordeelt. 'Dat is een zeer belangrijke verandering.'
Lagarde verwees ook naar het economisch herstel. 'De economische groei was in het tweede kwartaal hoger dan verwacht en de economische activiteit zal tegen het einde van dit jaar het precoronaniveau overtreffen.' De ECB verhoogde haar groeiprognose voor 2021 naar 5 procent en verwacht 4,6 procent groei in 2022 en 2,1 procent in 2023.
Wanneer wordt de stimulus verder verlaagd?
'The lady is not tapering', zei Lagarde. Daarmee beklemtoonde ze dat de beslissing niet mag worden beschouwd als de start van een continue vermindering van de obligatieaankopen.
Lagarde onderstreepte dat de ECB pas op 16 december een beslissing neemt over de toekomst van het pandemieprogramma. Dat loopt minstens tot eind maart 2022, maar kan worden verlengd. Robert Holzmann en Klaas Knot, de Oostenrijkse en Nederlandse ECB-bestuurders, willen het programma eind maart stopzetten.
Hoewel de ECB voor volgend jaar alle opties openhoudt, geloven waarnemers dat de vermindering van de obligatieaankopen de start is van een geleidelijke afbouw van de stimulus. Maar die afbouw zal langzaam verlopen, en dus lang duren. Zelfs als de ECB in maart een punt zet achter het pandemieprogramma, is dat niet het einde van de obligatieaankopen. De ECB koopt via een ander programma (APP) elke maand voor 20 miljard euro schuldpapier. Die aankopen worden nog geruime tijd voortgezet.
Het ziet ernaar uit dat het tijdperk van lage rente nog jaren zal duren, omdat de inflatie na de opstoot van dit jaar minstens tot eind 2023 lager blijft dan de doelstelling. Analisten verwachten de eerste renteverhoging pas in 2024.
Hoe reageren de markten?
De langetermijnrente daalde nadat de ECB de vermindering van haar obligatieaankopen had aangekondigd. Normaal zou de rente wat moeten stijgen, maar de obligatiemarkten hadden al geanticipeerd op de beslissing en de ECB maakte duidelijk dat de stimulus aanzienlijk blijft. De Duitse en Belgische tienjaarsrentes daalden met 3 basispunten naar respectievelijk -0,36 en -0,05 procent. De Italiaanse rente zakte met 7 basispunten naar 0,67 procent.
Niet alleen de obligatiemarkten, maar ook de aandelenmarkten reageerden positief. De EuroStoxx50 kon de verliezen van 's ochtends goedmaken en sloot onveranderd. De Bel20 herstelde gedeeltelijk en eindigde 0,3 procent lager. De euro brokkelde lichtjes af.
Wat zijn de gevolgen voor spaarders en ontleners?
In de nabije toekomst verandert wellicht weinig of niets. De daling van de langetermijnrente neutraliseert een deel van de rentestijging van de jongste weken. Economen verwachten dat de langetermijnrente later dit jaar en volgend jaar stijgt. Dat zou ook de rente op hypothecaire kredieten doen stijgen. De rente op spaarboekjes, die vooral wordt bepaald door de marktrente op de korte en de halflange termijn, blijft nog jaren historisch laag.
0 件のコメント:
コメントを投稿