De economische groei en de jobcreatie zullen de komende jaren vertragen, maar hogere lonen zullen de toename van de koopkracht doen versnellen. Dat zegt de Nationale Bank.
De Belgische economie koelt geleidelijk af, zegt de Nationale Bank maandag in haar najaarsprognoses. Ze ziet de economische groei geleidelijk vertragen van 1,5 procent in 2018 naar 1,2 procent in 2021. 'We hebben onze raming voor 2019 licht naar beneden herzien tot 1,4 procent', zei vicegouverneur Pierre Wunsch op een persconferentie. Wunsch verving gouverneur Jan Smets, die ziek was.
De economie schakelt naar een lager toerental omdat de stijging van de bedrijfsinvesteringen vertraagt en het ritme van de exportgroei afneemt. De impact van de verbeterde concurrentiekracht dooft uit, signaleert de Nationale Bank. De gezinnen blijven wel veel besteden dankzij de toenemende koopkracht.
De groei blijft ook de volgende jaren lager dan de gemiddelde groei in de eurozone. Wunsch: 'Het groot aantal niet-ingevulde vacatures toont aan dat er een probleem is aan de aanbodzijde en dat een hervorming van de arbeidsmarkt een win win is. Onze boodschap aan de regering is: blijven hervormen en investeren in infrastructuur, vorming en opleiding. We gaan in de goede richting maar moeten de inspanningen voortzetten.'
Het beschikbaar inkomen van de gezinnen stijgt de komende drie jaar met 5,1 procent. 'Rekening houdend met de groei van de bevolking zal de koopkracht per Belg toenemen met 3,6 procent in de periode 2019-21', zegt Geert Langenus, econoom bij de Nationale Bank. 'Dat is duidelijk meer dan in het verleden.' De snellere toename van de koopkracht is vooral te danken aan de hogere reële lonen.
De Nationale Bank verwacht dat de reële lonen in 2019-20 met 1,3 procent stijgen, dubbel zoveel als in 2017-18. Langenus: 'In het interprofessioneel akkoord van de voorbije twee jaar zat een loonstijging bovenop de index van 1,1 procent. Maar slechts de helft van die marge is omgezet in hogere reële lonen.' De sociale partners onderhandelen in januari over de ruimte voor loonsverhogingen in de komende twee jaar.
Ook de taxshift en de stijging van de werkgelegenheid hebben een positieve invloed op de koopkracht. Maar de vertraging van de economische groei en de snellere stijging van de productiviteit vertragen de jobcreatie en verkleinen de winstmarge van de bedrijven. Het aantal banen stijgt in de periode 2019-21 met bijna 95.000, tegenover ruim 181.000 tussen 2016 en 2018.
Wunsch merkte op dat de werkloosheidsgraad met 6,3 procent stabiliseert op een historisch laag peil. 'De arbeidsmarkt blaakt van gezondheid', voegt Langenus eraan toe. 'Dat kan niet los worden gezien van het gevoerde beleid.' De werkloosheid was de jongste 30 jaar nooit lager.
Over de overheidsfinanciën heeft de Nationale Bank goed en slecht nieuws. Het begrotingstekort daalt in 2018 naar 0,8 procent van het bruto binnenlands product (bbp) omdat de voorafbetalingen van bedrijven sterk stijgen. De federale regering verhoogde fors de boetes voor ondernemingen die onvoldoende belastingen voorafbetalen.
De komende jaren stijgt het begrotingstekort wel naar 1,6 procent van het bbp in 2019, 1,7 procent in 2019 en 2 procent tegen 2021. De toename van het deficit is vooral te wijten aan de terugval van de vennootscjhapsbelasting. Ondernemingen zullen bij de inkohiering van de vennootschapsbelasting minder taks betalen omdat ze meer hebben voorafbetaald in 2018. Ook de lastenverlagingen in het kader van de taxshift speelt een rol.
'De volgende regering moet een inspanning doen om de begroting in evenwicht te brengen', onderstreepte Wunsch. Als België in 2020 de begroting in evenwicht wil brengen is zowat 8 miljard euro nodig.
De overheidsschuld blijft traag dalen, maar zal in 2021 nog steeds hoger zijn dan 100 procent van het bbp.
0 件のコメント:
コメントを投稿