Het socialistische ABVV heeft als enige vakbond het loonakkoord afgeschoten. De ontslagnemende regering-Michel moet nu op zoek naar een manier om het alsnog uit te voeren.
De socialistische vakbond keldert zo het loonakkoord, want om geldig te zijn moet het de steun krijgen van alle vakbonden en werkgeversorganisaties die het in de Groep van Tien mee hebben onderhandeld. Het christelijke ACV en de liberale ACLVB zetten het licht gisteren wel op groen. Bij die eerste bond, de grootste van het land, steunde 65 procent het akkoord. Bij de tweede zelfs 75 procent.
In het loonakkoord spraken de bonden en de werkgevers af dat de lonen dit en volgend jaar maximaal met 1,1 procent boven op de index kunnen stijgen. Er was ook een akkoord over de verdeling van het budget voor de uitkeringen en de pensioenen, net zoals over enkele versoepelingen van het brugpensioen en de landingsbanen waarmee 55-plussers dankzij een uitkering minder kunnen werken.
Het ACV, de ACLVB en de werkgeversorganisaties vragen de regering-Michel het loonakkoord alsnog uit te voeren. Om uit zoeken hoe de deal te redden valt, worden de sociale partners woensdag op een vergadering van het kernkabinet verwacht. Ook in 2014 verwierp de achterban van het ABVV het loonakkoord. Toen voerde de regering-Michel het toch grotendeels uit. De situatie is nu helemaal anders, want de regering-Michel is ontslagnemend.
'Onaanvaardbaar'
Voor Open VLD en de N-VA, twee van de vier oorspronkelijke meerderheidspartijen, is het loonakkoord onaanvaardbaar. Ze zijn tegen de versoepelingen die de sociale partners willen doorvoeren van het brugpensioen, het zogenaamde stelsel van werkloosheid met een bedrijfstoeslag (SWT), en van de landingsbanen waarmee sommige 55-plussers nu nog minder kunnen werken met behulp van een uitkering.
Zo wordt het moeilijk om het loonakkoord in zijn geheel door het parlement te krijgen. Steun krijgen van de oppositie wordt moeilijk. Waarom zouden de socialisten een loonakkoord goedkeuren dat werd verworpen door de bevriende socialistische vakbond? Zo lijkt de politieke impasse rond het loonakkoord compleet.
De regering en de sociale partners zoeken creatieve oplossingen. De meest voor de hand liggende uitweg is dat minister van Werk Kris Peeters (CD&V) de maximale loonnorm van 1,1 procent via een koninklijk besluit (KB) vastlegt. De sociale partners kunnen dat zelf niet doen, want die loonnorm wordt gecontesteerd door het ABVV.
Als er dingen uit het loonakkoord worden gehaald, bijvoorbeeld rond het brugpensioen, dan zullen we alle mogelijke registers opentrekken.
Niet alle juristen zitten op dezelfde lijn, maar Peeters zou de loonnorm als ontslagnemende minister kunnen opleggen omdat het niet over nieuw beleid gaat. Hij volgt de wet van 1996 en het rapport van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB), dat de maximale loonmarge vastprikte op 1,1 procent.
Juridisch waterdicht?
Voor de andere dossiers, waaronder de versoepelingen aan het brugpensioen, zou een oplossing worden gezocht in de Nationale Arbeidsraad (NAR). In dat orgaan kunnen de sociale partners collectieve arbeidsovereenkomsten (cao) afsluiten. Peeters kan die kb’s algemeen bindend verklaren.
Of die werkwijze juridisch waterdicht is, wordt uitgezocht. N-VA-Kamerlid Zuhal Demir noemt het denkspoor ‘onaanvaardbaar’. ‘Je kunt het parlement en dus de democratie toch niet zomaar opzijschuiven?’, zegt ze.
Marc Leemans, de voorzitter van het ACV, laat zich dreigend uit naar wie plannen zou hebben om het loonakkoord alsnog bij te sturen. ‘Het is te nemen of te laten. Als er dingen worden uitgehaald, bijvoorbeeld rond het SWT of de regeling voor de eindeloopbaan, zullen we alle mogelijke registers opentrekken.’ Zelfs stakingen zijn niet uitgesloten.
0 件のコメント:
コメントを投稿