Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg ziet geen bewijs dat protontherapie werkt. Die conclusie is een opdoffer voor de Belgische wereldleider IBA.
‘Protontherapie: geen bewijs dat het werkt.’ Dat is de opmerkelijke conclusie van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) dat de overheid adviseert over de terugbetaling van therapieën. Over protontherapie, een nieuwe en preciezere maar veel duurdere bestralingsmethode voor kanker, is het centrum erg negatief.
De resultaten zijn teleurstellend. In de internationale wetenschappelijke literatuur is er helaas geen onweerlegbaar bewijs dat de techniek beter is dan de klassieke radiotherapie.
De forse taal is opmerkelijk omdat er in ons land flink wordt geïnvesteerd in protontherapie.
Op de campus van het Leuvense universitaire ziekenhuis Gasthuisberg wordt dit jaar het eerste protontherapiecentrum van het land geopend, een investering van ruim 45 miljoen euro. In Charleroi is de bouw van een tweede even duur centrum gestart. Beide centra zijn gebouwd met technologie van het beursgenoteerde Waals-Brabantse bedrijf IBA , de wereldleider in dit domein.
Protontherapie wordt in ons land terugbetaald voor de behandeling van zeer specifieke kankers bij een beperkte groep patiënten. Het gaat vooral om kinderen met een tumor in de hersenen of in het oog. Daar is de zeer gerichte straling van protontherapie - die minder schade zou aanrichten aan het omliggende gezonde weefsel - een voordeel.
Zo’n vijftig Belgische patiënten per jaar krijgen nu protontherapiebehandeling in buitenlandse centra op kosten van de overheid. Inclusief reiskosten loopt de behandeling voor hen op tot 60.000 euro. Een behandeling in België zou goedkoper zijn, maar toch nog minstens 25.000 euro kosten.
Zes kankers
Het KCE boog zich over de vraag om die dure protontherapie ook terug te betalen voor zes andere kankers, van borstkanker en leverkanker tot rectumkanker. Daar kan geen sprake van zijn volgens het KCE. ‘De resultaten zijn teleurstellend. In de internationale wetenschappelijke literatuur is er helaas geen onweerlegbaar bewijs dat de techniek beter is dan de klassieke radiotherapie’, klinkt het.
‘Bij de bestaande studies werden de resultaten van protontherapie niet afgezet tegenover een controlegroep’, zegt dokter Joan Vlayen van het KCE. ‘Momenteel lopen er wel drie klinische studies die protontherapie vergelijken met klassieke bestraling. Maar die resultaten worden pas in 2027 verwacht.’ Daarom denkt het KCE dat er de eerste tien jaar niet veel extra wetenschappelijk bewijs zal komen dat de doeltreffendheid en de veiligheid van protontherapie kan aantonen.
De conclusies van het KCE zijn verrassend, want in heel wat landen, van de VS tot China, zijn al verscheidene protontherapiecentra gebouwd en worden ze gebruikt voor de behandeling van verschillende vormen van kanker. ‘Het is allemaal nieuwe technologie en er gebeurt veel onderzoek, maar nu zijn er onvoldoende bewijzen’, zegt Vlayen.
Voorzichtig
De studie toont duidelijk aan dat het aanbod van hoogcomplexe, dure behandelingen zorgvuldig georganiseerd moet worden, in het belang van de patiënt en van de duurzaamheid van onze gezondheidszorg.
De therapie gebruiken voor specifieke gevallen die individueel beoordeeld worden, zoals nu al het geval is, kan wel nog. Het UZ Leuven schatte eerder dat in ons land 150 tot 200 patiënten in aanmerking komen voor terugbetaling van protontherapie, maar dat die groep groter zou worden naarmate het onderzoek vordert. De Leuvense universiteit wil haar centrum daar ook voor inzetten.
Minister van Sociale Zaken Maggie De Block (Open VLD) heeft in het verleden al aangegeven voorzichtig te willen omspringen met protontherapie. Ze wees erop dat het centrum in Leuven zal volstaan om patiënten te helpen en dat ze niet geneigd is protontherapie in Charleroi - het centrum wordt gebouwd met privégeld - terug te betalen.
De Block ziet haar eerdere standpunt bevestigd in de studie. ‘De studie toont duidelijk aan dat het aanbod van hoogcomplexe, dure behandelingen zorgvuldig georganiseerd moet worden, in het belang van de patiënt en van de duurzaamheid van onze gezondheidszorg.’
Protontherapie?
1. Wat is protontherapie?
Het is een vorm van bestraling om kanker te bestrijden. Patiënten worden enkele seconden heel precies bestraald met protonen, kleine geladen deeltjes die kankercellen doden. Daar is een deeltjesversneller voor nodig.
2. Wat is het verschil met klassieke radiotherapie?
Bij radiotherapie worden patiënten bestraald met fotonen, hoogenergetische lichtdeeltjes zonder massa.
3. Wat is het voordeel van protontherapie?
Voorstanders stellen dat de methode preciezer is en minder schadelijke bijwerkingen heeft.Bij klassieke bestraling gaat een groot deel van de energie naar de cellen rond de tumor, waardoor ook het gezonde weefsel wordt beschadigd. Protontherapie geeft haar energie pas af op de plaats waar de straal de tumor bereikt. Dat is veel gerichter. 60 procent minder gezond weefsel wordt getroffen en de tumor krijgt een hogere stralingsdosis. Protontherapie maakt het ook mogelijk moeilijk bereikbare tumoren te behandelen, zoals achter het oog of in de hersenen.
Het is ettelijke keren duurder.Een centrum met één kamer kost 25 à 30 miljoen.De prijs van een groot behandelingscentrum loopt op tot 100 miljoen euro.
0 件のコメント:
コメントを投稿