In januari is de inflatie, het cijfer dat aangeeft hoe snel het algemene prijspeil stijgt, verder gestegen naar 1,75 procent. Dat blijkt uit cijfers van Statbel, de statistische dienst van de federale overheid. Voeding draagt nog altijd het meeste bij aan die stijging. De energieprijzen daarentegen zijn al bijna een jaar aan het dalen.
Na 7 maanden van daling is de inflatie sinds november vorig jaar weer beginnen te stijgen. Voorbije maand bedroeg de stijging van het algemene prijspeil 1,75 procent. Die stijging heeft voor het overgrote deel te maken met de hogere prijzen voor voedingsproducten. Deze maand lagen die 6,58 procent hoger dan een jaar geleden.
Vooral op vlak van zuivel, brood en granen en alcoholische dranken waren de prijsstijgingen fors. Maar ook zeevruchten en gerookte vis werden duurder in januari, net zoals olijfolie, alcoholvrij bier en aardappelen.
Een lichtpuntje is dan weer dat de inflatie voor voeding al voor de 10e maand op rij een beetje lager ligt. In december bedroeg die bijvoorbeeld nog 7 procent. In maart vorig jaar was dat zelfs ruim 17 procent.
Energie goedkoper
Helemaal anders vergaat het de energieprijzen. Sinds februari vorig jaar zijn die al aan het dalen. Deze maand gaat het om een daling met 22,3 procent. De prijzen voor aardgas zijn met 51,9 procent gezakt, de elektriciteitsprijzen met 31,7 procent. Motorbrandstoffen zijn 3,2 procent goedkoper in vergelijking met een jaar geleden.
De kerninflatie, die geen rekening houdt met de prijsevolutie van de energieproducten en de onbewerkte voedingsmiddelen, zit nog in dalende lijn. Die klokt af 4,70% in januari, tegenover 5,47% in december en 5,95% in november.
0 件のコメント:
コメントを投稿