Er komt geen nieuwe staatsbon met een looptijd van één jaar, die de concurrentie met het spaarboekje aangaat. Dat hebben minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) en het Agentschap van de Schuld beslist. Er komt wel een staatsbon met een looptijd van 5 en 8 jaar, met 30 procent roerende voorheffing.
De vorige uitgifte van de staatsbon was een ongekend succes. De combinatie van een staatsbon met een looptijd van 1 jaar en een verlaagde roerende voorheffing leverde een recordbedrag van bijna 22 miljard euro op. Maar drie maanden later zit een nieuwe gelijkaardige staatsbon er niet meer in. Daar zijn verschillende verklaringen voor.
1. Het verschil met het spaarboekje is kleiner geworden
De staatsbon van september leverde een nettocoupon van 2,81 procent. De spaarrekening met de hoogste rente op de Belgische markt (MeDirect Fidelity Sparen, zonder speciale voorwaarden) bood toen 2,3 procent rente. Bij de grootbanken schommelde de rente tussen 0,9 en 1,5 procent.
Enkele maanden later ziet dat plaatje er enigszins anders uit. MeDirect Essential Sparen (met een maximumbedrag van 25.000 euro) levert 2,8 procent op. Bij de grootbanken biedt ING met 2,25 procent de hoogste rentevoet.
Hoeveel een nieuwe eenjarige staatsbon nu zou opbrengen, zullen we nooit weten. Maar de rente van de staatsbon op een jaar is gekoppeld aan de rente op Belgische overheidsobligaties met een (rest)looptijd van een jaar. Die is op dit moment even hoog als in augustus. Logischerwijs zou de staatsbon nu dus een gelijkaardig rendement moeten bieden als drie maanden geleden. Met andere woorden: de kloof tussen het rendement op een spaarboekje en de staatsbon is kleiner geworden.
2. Het is te duur en de Schatkist heeft zoveel geld niet nodig
Door het grote succes van de staatsbon van september had het Agentschap van de Schuld meer geld opgehaald dan nodig is. Het is een deel van dat geld dan maar zelf gaan beleggen op de internationale interbankenmarkt, waar het een hogere vergoeding krijgt dan de rente die het zelf moet betalen op de staatsbon. Daarnaast nam het Agentschap zich voor om de komende maanden minder geld op te halen dan gepland.
Nu nog eens veel geld ophalen met een nieuwe eenjarige staatsbon heeft dus niet veel zin. Ook de omgekeerde (internationale) rentecurve helpt niet. Bij zo'n omgekeerde curve hebben obligaties met een korte looptijd een hogere rente dan die met lange looptijden. Terwijl normaal gezien de vergoeding hoger is naarmate geld voor langere tijd niet beschikbaar is. De overheid doet er nu dus financieel goed aan om geld op te halen met langere looptijden.
3. Er zijn meer alternatieven voor de staatsbon
Voor wie zijn geld veilig wilde beleggen, was de eenjarige staatsbon in september zowat het enige alternatief voor een spaarrekening. Maar intussen is er meer keuze. Heel wat banken hebben de rentevoeten op hun termijnrekeningen opgetrokken en trekken daarmee heel wat geld aan. Volgens cijfers van de Nationale Bank hebben particulieren In het derde kwartaal 7,1 miljard extra belegd in termijnrekeningen wegens hun hoger rendement.
ING Bank bijvoorbeeld biedt tijdelijk een termijnrekening van zes maanden aan met een nettorendement van 2,8 procent op jaarbasis. Omdat de looptijd een halfjaar is, blijft er netto uiteindelijk 1,4 procent van over. De rentevoeten op termijnrekeningen die veel banken op hun website vermelden, zijn vaak heel pover. Maar na een gesprek met de klant kan die rente dikwijls hoger.
Ook bedrijfsobligaties kunnen een aantrekkelijk alternatief zijn voor wie zijn spaargeld op wat langere termijn kan missen. Vorige week haalde farmabedrijf UCB op één dag 300 miljoen euro op met een obligatie op 6 jaar en een nettorendement van 3,29 procent.
4. Nood aan structurele maatregelen
Hoewel zowat 500.000 à 600.000 Belgen hebben ingetekend op de staatsbon van september, gaat het vooral om vermogende mensen. Het gemiddeld bedrag per inschrijving, ruim 32.000 euro, deed dat al vermoeden. Recente cijfers van KBC bevestigen dat.
Bij de klanten van die bank had 1 op de 4 klanten met een vermogen van meer dan 250.000 euro de staatsbon gekocht. Bij de klanten met een vermogen van minder dan 25.000 euro was dat amper 1 op de 100. Hoewel mensen konden instappen vanaf 100 euro, heeft de staatsbon ook veel mensen niet bereikt.
Minister van Financiën Van Peteghem beseft dat er ook meer structurele maatregelen nodig zijn om de spaarrente hoger te krijgen. Het rapport van de Belgische Mededingingsautoriteit van vorige week leert dat de concurrentie tussen de grootbanken onvoldoende speelt. Enkele maatregelen die de concurrentiewaakhond voorstelt, zoals veranderen van bank met behoud van het rekeningnummer, worden onderzocht.
0 件のコメント:
コメントを投稿