Themabeeld — © MARC HERREMANS - MEDIAHUIS
De energieministers hebben een fout gemaakt door de burgers het recht op de terugdraaiende teller te garanderen. Tot die conclusie komt de Brusselse rechtbank van eerste aanleg in dertien vonnissen. Er moeten echter geen schadevergoedingen worden betaald.
Een groep eigenaars van zonnepanelen heeft de Vlaamse overheid gedagvaard om een financiële compensatie te eisen voor het verdwijnen van de terugdraaiende teller, hoewel dat voordeel was gegarandeerd door de toenmalige ministers. Omdat het Grondwettelijk Hof de regeling rond die teller vernietigd heeft, lopen de eigenaars van zonnepanelen beloofd rendement mis.
De rechtbank oordeelt nu dat de voormalige ministers van Energie, Bart Tommelein en Lydia Peeters, te voortvarend hebben gecommuniceerd. “De ministers hadden immers onverbloemd en uitdrukkelijk moeten aangeven dat de regering bij het verzekeren van het rendement slechts een bepaalde rol kon spelen en in geen geval volledig autonoom regelgeving kon tot stand brengen die het rendement kon waarborgen”, is te lezen. “Zonder deze verduidelijking kon de gemiddelde burger de bedoelde verklaringen dan ook niet anders opvatten dan dat de regering in alle geval het nodige zou doen om hem een rendementsgarantie te bieden.”
Er is dus een fout begaan: “De overheid beging een fout door te laten uitschijnen dat zij – ook bij vernietiging van een decretale regeling – de prosumenten kon verzekeren van een volledig rendement.” Gezien alle adviezen die er lagen, had Vlaanderen moeten weten dat het decreet de toets van het Grondwettelijk Hof niet zou doorstaan, oordeelt de rechtbank.
Een schadevergoeding moet evenwel niet worden betaald, omdat er geen oorzakelijk verband kan worden aangetoond. “Indien de overheid de fouten in het wetgevende proces niet had begaan, was er immers gewoonweg geen overgangsregeling geweest en had de prosument dus ook geen rendementsvoordeel gehad”, is te lezen in het vonnis.
0 件のコメント:
コメントを投稿